Stad steunt bescherming bouwkundig en industrieel-archeologisch erfgoed op Blue Gate Antwerp

Op 20 maart 2015

Het agentschap Onroerend Erfgoed van de Vlaamse overheid startte een beschermingsprocedure voor een pakket van vijf objecten en gebouwen met hoge erfgoedwaarde op Blue Gate Antwerp (het voormalige Petroleum Zuid). De stad Antwerpen geeft een gunstig advies in dit dossier. Blue Gate Antwerp heeft een hoge erfgoedwaarde omwille van het historische en industrieel-archeologische belang van de site.

Al sinds 1861 ontpopte Antwerpen zich als eerste petroleuminvoerder in Europa. De activiteiten, eerst verspreid in de stad, later aan het Amerikadok, verplaatsten zich in het begin van de twintigste eeuw naar het zogenaamde Petroleum Zuid, een nieuw aangelegde haven aan de verlengde Scheldekaaien, ten zuidwesten van de binnenstad van Antwerpen. Petroleum Zuid is één van de oudste petroleumhavens in Europa en daardoor een icoon van de Tweede Industriële Revolutie. In de eerste helft van de twintigste eeuw speelde de haven een toonaangevende rol in de Europese petroleumindustrie.

Petroleum Zuid wordt nu ontwikkeld tot Blue Gate Antwerp. In een convenant, afgesloten tussen het agentschap Onroerend Erfgoed, Blue Gate Antwerp nv, de stad Antwerpen, Waterwegen & Zeekanaal en het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen werd afgesproken dat bij de herontwikkeling van het gebied rekening gehouden wordt met het bouwkundige en industrieel-archeologische erfgoed op deze site. Door een (gedeeltelijk) behoud van dit erfgoed wordt de historische identiteit van de plek bewaard en blijft de geschiedenis van de site tastbaar.

In uitvoering van dit convenant stelt het agentschap Onroerend Erfgoed voor om vijf infrastructuren en gebouwen te beschermen. De verschillende bouwwerken hadden elk hun eigen functie in het overslag- en opslagproces, en vormden één geheel, hoewel ze uit verschillende periodes dateren.

1. De jettypier (Petroleumkaai), gebouwd in 1902-1903, is één van de weinige bewaarde constructies uit de beginperiode van Petroleum Zuid. Het is in de haven van Antwerpen het enige voorbeeld van een ‘jettypier’, specifiek gebouwd om tankers in diep water te kunnen laten aanmeren en via pijpleidingen rechtstreeks aan te sluiten op de opslagtanks van de meer achterin gelegen bedrijven. De lengte van nagenoeg 300 m liet toe met drie tankers tegelijk te kunnen aanmeren. Door zijn ligging in de Schelde, zijn lengte en kenmerkende opbouw fungeert de pier als een beeldbepalend herkenningspunt die de locatie van Petroleum Zuid aangeeft aan en op het water.

2. De loods van American Petroleum Company (Lakweg) is gebouwd voor de brand van 1904 voor de opslag van petroleumvaten en is daarmee één van de oudste gebouwen van Petroleum Zuid. Deze constructie was zo gebouwd dat ze een tijdlang kon weerstaan aan hoge temperaturen bij brand.

3. De opslagtanks met bakstenen trapconstructies, taluds en pomphuis (D’Herbouvillekaai). De opslagtanks zijn door hun volume en groepering in de wijde omgeving te zien en dus beeldbepalend op de site. Vanuit de tanker aan de jettypier werd de petroleum via pijpleidingen en het pomphuis getransporteerd naar de opslagtanks van de diverse bedrijven. Het voor bescherming voorgestelde gedeelte van de opslagtanks is een gaaf bewaard ensemble en representatief voor de concentratie aan opslagtanks in deze zone. De zeven gegroepeerde tanks werden in fasen gebouwd en rondom voorzien van een talud dat in geval van lekkage de producten kon opvangen en in geval van brand verdere uitbreiding vermeed. De telkens tussen twee tanks geplaatste bakstenen trapconstructies versterken de ensemblewaarde van dit geheel. De bakstenen trapvolumes fungeerden vermoedelijk als een uitkijk- en observatiepost. Ze zijn enig in hun soort op de site en opmerkelijk door hun hoogte en massieve doch zuivere, lineaire vormgeving. Het pomphuis is een noodzakelijke schakel in de infrastructuur van pier, pijpleidingen en opslagtanks. Het gebouw is mee beeldbepalend voor de omgeving. De architectuur sluit aan bij de refter met conciërgewoning, zodat het gebouw over ensemblewaarde beschikt.

4. De refter met conciërgewoning (D’Herbouvillekaai) werd kort na 1922 gebouwd door de Belgian Benzine Company. Het bedrijf verhandelde allerlei petroleumproducten van op de site. De refter met conciërgewoning sluit architectureel aan bij het nabijgelegen ketelhuis (beschermd in 2007) en het verderop gelegen pomphuis. De refter met conciërgewoning is een voorbeeld van de sociale gebouwen die werden gebouwd vanaf 1922. Het geheel getuigt van de werkomstandigheden op de site van Petroleum Zuid.

5. De bovengrondse pijpleidingen (Petroleumkaai-Naftaweg-Lakweg), gebouwd in de periode 1937-1939 vormen het erfgoedrelict bij uitstek dat het beeld van de site bepaalt. Door de afmeting en verhoogde positie is de installatie in de wijde omgeving waarneembaar en structureert ze de open ruimte. Het voor bescherming voorgestelde gedeelte van de bovengrondse pijpleidingen is een gaaf bewaard deel en representatief voor het geconcentreerd netwerk dat deze installatie vormde op de site. Door de sterke beeldwaarde en repetitieve vormgeving vormt deze infrastructuur een soort van ‘landmark’.

Verdere procedure

Het dossier gaat nu naar de Vlaamse minister, bevoegd voor onroerend erfgoed. De minister neemt binnen het jaar een definitieve beslissing.

Verantwoordelijke schepen: Rob Van de Velde, schepen voor onroerend erfgoed

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is