N-VA wil regionaal vervoerbedrijf naar Londens voorbeeld (Gazet van Antwerpen 2 mei 2018)

N-VA wil een vervoerbedrijf oprichten voor Antwerpen, dat verantwoordelijk wordt voor al het verkeer en openbaar vervoer in de regio. “Zo krijgen de lokale besturen meer inspraak door zelf verantwoordelijkheid te dragen”, zegt Antwerps schepen van Mobiliteit Koen Kennis (N-VA).

Voor de uitwerking van het zogenaamde ­Routeplan 2030 zitten alle partijen al aan tafel om de mobiliteit in de Antwerpse regio de komende jaren te verbeteren. “Maar als het op het uitvoeren van beslissingen aankomt, zijn er te veel vervoerbedrijven, partners en administraties bij betrokken. Dat veroorzaakt veel vertraging. We hebben geen stok achter de deur”, zegt Antwerps schepen Koen Kennis. “Daarom zou het beter zijn een Antwerpse vervoersmaatschappij op te richten met eigen budgetten, die prioriteiten kan stellen en nieuwe projecten uitvoert.”

De 33 betrokken gemeenten vallen ongeveer samen met het arrondissement Antwerpen ( en ze komen ook overeen met de gemeenten op de kaart op blz. 3). Van oost tot west wordt de grens ervan afgebakend door Beveren en Malle, van noord tot zuid door Essen en Lier. Behalve de gemeenten vallen ook de negen districten eronder.

Snel aanbod verbeteren

Het N-VA-plan heeft Transport for London als voorbeeld genomen, een overheidsorganisatie die verantwoordelijk is voor het verkeer en het openbaar vervoer in Londen en de agglomeratie. Kennis: “Een voorbeeld is dat je daar met een zogenaamde Oyster Card zowel de trein als het stadsvervoer kunt gebruiken. Bij onze City Pass worden de grenzen van de tramlijnen gehanteerd, wat tot de vreemde situatie leidt dat het treinstation van Boechout er bijvoorbeeld niet in zit.”

Door een Antwerps vervoer­bedrijf op te richten, wil N-VA sneller projecten kunnen opzetten en uitvoeren om zo het aanbod te verbeteren. “Op die manier weten mensen beter welke keuzes er zijn en kunnen we hen verleiden om de auto vaker te laten staan. Uit alle onderzoeken blijkt dat de mobiliteit van de stad effect heeft op die van de rand en omgekeerd. Dan is het logisch om die ook samen aan te pakken.”

Zo is er bijvoorbeeld het plan voor een ring van park-and-rides voor openbaar vervoer op de fortengordel. “Daaromheen zouden de S-treinen reizigers vervoeren, en achter de treinstations moet voldoende parkeermogelijkheid zijn. Nu hebben wij op het grondgebied van Wommelgem of Brecht bijvoorbeeld niets te zeggen en zijn wij in Antwerpen afhankelijk van de budgetten en de goodwill van anderen. Het is ­efficiënter om zelf actie te kunnen ondernemen.”

Eigen budget

Wat De Lijn betreft, vindt Koen Kennis dat er soms wijzigingen worden doorgevoerd op bus- en tramlijnen die nadelige gevolgen hebben voor de reizigers. “Wij krijgen heel wat mails van reizigers met hun zorgen, maar als we die doorspelen, worden die te weinig meegenomen in de structuur van het bedrijf. De Lijn zit te weinig bij de realiteit. Sommige dossiers lopen ook vertraging op omdat er op dat moment bijvoorbeeld geen geld is voor bepaalde investeringen.”

Voor het Antwerpse vervoerbedrijf zou er een eigen budget moeten komen, waarover vrij beslist kan worden. Om welk bedrag dat gaat, moet volgens Kennis nog berekend worden. “De NMBS, De Lijn, Vlaanderen, het Agentschap Wegen en Verkeer, de BAM, de stad en de gemeenten zullen daarvoor bijdragen. De stad alleen al geeft jaarlijks 20 tot 25 miljoen euro per jaar uit aan mobiliteit. Alles samen zal het om een serieus bedrag gaan.”

Uit die pot kunnen onder andere park-and-rides een uniforme look krijgen, fietsverbindingen aangelegd worden, deelsystemen ­worden vergund, nieuwe tram- of metrolijnen worden opgezet, enzovoort.

N-VA hoopt een eerste aanzet voor het Antwerpse vervoer­bedrijf te geven in 2019, in 2025 zou het op volle kracht moeten draaien. Het voorstel is een van de plannen die op het N-VA-congres van zondag zullen worden gelanceerd.

Maaike Floor

Copyright © 2018 Concentra. Alle rechten voorbehouden